Elzensingellandschap

Zodra de hogere zandgronden overgaan naar de 0-N.A.P. lijn dan verschijnen er plotseling Elzensingels langs de sloten in het landschap. Ooit is hier hoogveen  in opdracht van de eigenaren van het toen woeste land eeuwen geleden als brandstof – turf – afgegraven ( het huidige Witveen duidt hier nog op). Nadat ook nog het veel nattere veen werd weg gegraven, bleef er veelal een ruig begroeid en laag geleden landschap over (de naam  het  Zwartveen herinnert hier nog aan). Die situatie duurde niet zo lang. De ontginning van het uit het voormalige hoogveen gebied kwam al snel op gang gevolgd door die van het  laaggelegen overgeblevenvenige gebied. De ontginning leverde een open graslandgebied op. De sloten die voor de waterafvoer nodig waren, boden met hun onderhoud slootoevers die ideale plekken bleken voor opslag van elzen. Voor zover de boombegroeiing niet verwijderd kon worden of achterwege bleef, leverde dat de basis op voor het huidige elzensingellandschap met plaatselijk nog open graslanddelen. Die elzensingels bieden aan planten en dieren wel leefmogelijkheden maar de omstandigheden zijn hier in vergelijking met de opgeworpen houtwallen in het hoger gelegen landschap veel minder gunstig. Dit is ook een gevolg van de kleine oppervlakte en het vochtige milieu. Een elzensingel bestaat meestal alleen uit een bomenrij met wat ondergroei. Tot voor kort werden de grotere open delen bevolkt door weidevogels (Witveen, Sumarderpolder en poldertjes dichtbij de meren). Die zijn door het intensieve gebruik en de schaalvergroting vrijwel geheel verdwenen. Het elzensingellandschap is smal langs de meeroevers van De Burgumer Mar en De Leien en kent daar soms opvallende hoogteverschillen over een korte afstand. Op het Witveen ligt het landschap in een vrij vlakke kom. De Witveenstervaart, de voormalige turfafvoerroute, loopt er door heen richting het meer De Leien. Tot aan en in de laatste ruilverkaveling (einde 1998) zijn veel elzensingels verdwenen en recenter zijn singels vernieuwd en soms ingerasterd op twee rijen gezet. Hoewel dit laatste een compensatie was voor verlies door schaalvergroting sloot dit niet aan bij de ontstaansgeschiedenis. In dit type landschap leven van nature meer Hazen dan in veel meer besloten houtwallenlandschap. Sinds de jaren 90 hebben de Reeën dit landschapstype ook bevolkt en zijn er nu dagelijks te zien.